‘’We horen er echt bij”
“Het fijn werken bij Brantjes en er is altijd tijd voor een grapje”, zeggen Astrid van Stijn, Ton Kip en Johann Dragstra. Ze zijn drie van de vijf medewerkers die vanuit Spaarne Werkt zijn gedetacheerd bij Brantjes Datavernietiging, onderdeel van de Nijssen Groep.
Dit Nieuw-Vennepse bedrijf is gespecialiseerd en gecertificeerd in het vernietigen van data, zoals papier en harde schijven van computers maar ook producten en kleding. Alles wordt volledig onherkenbaar verpulverd en gewist. Tot in de kleinste snippers. “Kijk, aan dit schrift zit een ringband. Die moet eraf, maar als je aan de ringband gaat trekken, dan gaat het geheid fout. Hier zit een begin, als je daar de tang opzet, trek je de ringband zo los van het schrift’, legt Astrid van Stijn uit. Ze kent inmiddels de kneepjes van het vak om een archief netjes en goed te sorteren. Net als haar collega’s Ton Kip en Johann Dragstra trouwens.
Ontmantelen
In een van de loodsen is Astrid samen met Ton bezig aan de vernietiging van een archief. Een voor een ontleden ze de archiefmappen volledig. Papier, plastic, ijzer alles halen ze los. De inhoud wordt gesorteerd in bakken en vervolgens vernietigd. Ton is niet zo spraakzaam, maar niets ontgaat hem. Zo werpt hij even kort een blik op een van de papieren voordat hij deze stilzwijgend in de papiercontainer deponeert. “We zijn heel discreet, over klanten praten we hier niet”, legt Astrid uit.
Kwaliteiten
Even verderop sorteert Johann containers vol bedrijfskleding voor de shredder. “Daar worden vullingen gemaakt voor bijvoorbeeld boksballen. Nu doe ik dit, maar als er een spoedklus is, dan roept onze teamleider, Kees van der Plas, mij erbij”, vertelt Johann. “Dan weet hij zeker dat het goed en snel gaat, dat heb ik van nature. Als het moet, dan ga ik op de automatische piloot.”
Goed opletten
Hij herinnert het zich nog exact wanneer hij hier begon. “Op 4 januari 2021 nam de accountmanager van Spaarne Werkt, Ben Hendriks, me hiermee naar toe. Hij vond Brantjes wel bij me passen. En dat is ook zo”, knikt hij. “Je moet goed opletten en netjes werken. De vernietigingsmachines kunnen alles wel aan, dat is niet het probleem. Maar het gaat om het eindproduct, dat wat er na de vernietiging overblijft. Om in aanmerking te komen voor hergebruik, moet dit aan bepaalde eisen voldoen. Als er bij het sorteren toch iets verkeerd in de container terechtkomt, kan het niet worden gebruikt voor het eindproduct. Een enkele keer gebeurt het per ongeluk toch. Als zoiets bij Ton gebeurt, dan hangt hij op z’n kop in die container en zoekt hij net zo lang totdat het stukje heeft gevonden”, lacht Johann.
“Je maakt contacten met collega’s en leert om hulp te vragen als dat nodig is.”
Sociale contacten
Werken bij een ‘gewone’ werkgever vinden ze alle drie prettig. “Kees is onze teamleider. Hij maakt graag grapjes en wij met hem. Maar hij luistert altijd naar ons en hij zegt altijd: laat maar zien wat je kan”, vindt Astrid. Johann vult aan: “Je maakt contacten met collega’s en leert om hulp te vragen als dat nodig is. Laatst had Ton problemen met z’n mobiele telefoonabonnement en dan helpen we elkaar. We horen er echt bij.” “En toen Johann jarig was, mocht ik op z’n verjaardag komen”, knipoogt Astrid terwijl ze hem vriendelijk een klap op z’n schouder geeft. “Maar ik mocht niet bij haar op visite komen, grinnikt hij. “Ja, dat klopt”, herinnert ze zich lachend. “Daar maken we nog apart een afspraak voor.”
Op de foto v.l.n.r. Ton Kip, Astrid van Stijn en Johann Dragstra. (foto: Judith Buijze-Cappon)